Het Jezus-gebed en mijn dagelijks leven
Het Jezus-gebed ademt het vertrouwen dat Jezus Christus in me is. Hij is niet iemand die in het verre verleden heeft geleefd, maar is in mij. De monniken geven de raad om de adem bij het inademen in je hart te laten stromen en in de adem Christus zelf in je hart te voelen. Christus is in me. In de warmte die de adem in mijn hart veroorzaakt, kan ik zijn liefdevolle en barmhartige tegenwoordigheid vermoeden. Doordat ik de adem in mijn hart voel, wordt mijn hoofd ontlast, dat gewoonlijk bij het gebed steeds weer als stoorzender optreedt en ons met steeds nieuwe gedachten onrustig maakt. In ons hart, dat door onze adem warm wordt, kunnen we in Jezus Christus tot rust komen. We ontmoeten Hem niet maar eventjes, maar we blijven in de ontmoeting. Zo helpt het Jezus-gebed continu in de ontmoeting met Christus en uit de relatie met Hem te leven. Mijn hart is door Christus aangeraakt. Ik merk de warmte erin. Zoals wie liefheeft de geliefde in zijn hart opmerkt en zijn dagelijkse leven anders beleeft, zo wekt het Jezus-gebed een atmosfeer van liefde, van erbarming, van welwillendheid in ons, waarin je goed kunt leven. De ruimte waarin we leven, is geen koude en eenzame ruimte, maar een ruimte die wordt bewoond door Jezus Christus, een ruimte die gevuld is met zijn liefdevolle en helende tegenwoordigheid en die zijn tere intimiteit ademt. In deze ruimte leef ik altijd uit de ontmoeting met Jezus Christus. De ontmoeting in het persoonlijke gebed werkt door en drukt ook een stempel op mijn werk. En het Jezus-gebed herinnert me voortdurend aan deze ontmoeting in het gebed en roept deze steeds weer wakker. En zo wordt mijn hele leven een leven uit die ontmoeting. In alles wat ik doe en denk, ben ik op Jezus Christus betrokken, ik ben verbonden, thuis.
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
AuteurJosé Pype, Griet De Rycker, Sicco Claus, Linda van der Zwaan, Hilde Vrancken, Karel Rymen en Geert Van Malderen zochten de teksten. Archieven
Januari 2021
Categorieën |