![]() Leesle Wegner Vele lezers delen hun bezorgdheid voor de miljoenen mensen over de wereld die verdreven zijn door oorlog en conflicten. Met dit in gedachte, wil ik graag enkele persoonlijke bedenkingen aanreiken over de manier waarop mijn werk met asielzoekers vorm gekregen heeft door de christelijke meditatie. Mijn tocht begon vijftien jaar geleden toen ik de gelegenheid kreeg om als vrijwilliger met een kerkelijke organisatie asielzoekers van Oost-Timor te ondersteunen. Hun verhalen hadden een enorme invloed op mij en al heel vlug drong tot mij door dat ,wou ik dat werk volhouden dat, ik toegang moest vinden tot mijn diepgewortelde bronnen van innerlijke kracht en wijsheid. Dit bracht mij bij de christelijke contemplatieve meditatie. Ik heb mijn werk verdergezet als professional en momenteel word ik ingezet als raadgever en pleitbezorger bij een organisatie die hulp verschaft aan asielzoekers die folteringen en trauma's hebben overleefd. Het moeilijkste aspect van dit werk is op stap gaan met deze asielzoekers. De procedure om hun noden vast te stellen is lang en lastig. Deze mensen leven met een groot gevoel van onzekerheid terwijl zo ook nog eens af te rekenen hebben met de gevolgen van hun eerdere ervaringen van folteringen en trauma's. Hun voorlopige status sluit hen uit van vele gesubsidieerde staatsdiensten en ze worden ook nog blootgesteld aan uitspraken in de media waarin politici op niet mis te verstane wijze laten horen dat ze hier niet gewenst zijn. In deze context van wat soms een eindeloze en systematische onrechtvaardigheid en onderdrukking lijkt, worstel ik met mijn eigen gevoel van machteloosheid. Bij de ontmoeting met mensen heb ik soms het gevoelen dat mijn professionele capaciteiten maar van weinig tel zijn en het enige nuttige dat ik kan doen er in bestaat om ten volle aanwezig te zijn en ten volle mens te zijn en door de integriteit van mijn houding een soort van transformatie toe te laten, hoe kortdurend of beperkt die ook mag zijn. Samen met een vriend die hetzelfde werk doet mediteer ik éénmaal per week. In de stilte beseffen we dat we elkaars last bij dit werk helpen dragen; dat we hierbij niet alleen staan. We worden ook herinnerd aan de volheid van het leven, ook al omvat dit veel lijden, toch verliezen we ook schoonheid die er is niet uit het oog. De stilte verzacht mijn hart en helpt mij te weerstaan aan de neiging tot zelfbescherming en opgeven. Stilte geeft mij de wil en de moed om mijn engagement na te komen van een mededogend en respectvol omgaan met ieder mens ook als ik besef dat het einddoel van hun tocht in mijn land niet zal zijn zoals ik verhoopt had.
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
AuteurJosé Pype, Griet De Rycker, Sicco Claus, Linda van der Zwaan, Hilde Vrancken, Karel Rymen en Geert Van Malderen zochten de teksten. Archieven
Januari 2021
Categorieën |