![]() Dietrich Bonhoeffer Het is niet nodig, dat wij bij de meditatie ons best doen in woorden te denken en te bidden. Het zwijgende denken en bidden, dat alleen voortkomt uit het luisteren, kan dikwijls nuttiger zijn. Het is niet nodig dat wij bij de meditatie nieuwe gedachten vinden. Dat leidt ons vaak alleen maar af en bevredigt onze ijdelheid. Het is volkomen voldoende, als het Woord tot ons doordringt en ‘in ons komt wonen’. Het Woord van God wil bij de meditatie tot ons doordringen en bij ons blijven, zoals een woord van een mens ons vaak lang bij blijft, ons niet meer loslaat, in ons werkt, ons bezighoudt, ons onrustig of blij maakt, zonder wij er iets aan kunnen doen. Zo wil ook het Woord van God dit in onze meditatie. Het wil ons werkelijk raken, zijn uitwerking hebben in ons leven, zodat wij er heel de dag niet meer van loskomen. Dan zal het zijn werk aan ons verrichten, vaak zonder dat wij het beseffen. En vooral is het bij de meditatie niet nodig, dat wij allerlei onverwachte, buitengewone en buitenissige ‘ervaringen’ opdoen. Dat kan gebeuren, maar als het niet zo is, is dat geen teken van een vergeefse meditatie. Niet allen bij het begin, maar ook latere zullen wij telkens weer af en toe bij onszelf een grote innerlijke dorheid en onverschilligheid merken, een tegenzin en zelfs het feit, dat wij niet in staat zijn om te mediteren. Bij zulke ervaringen mogen we niet blijven staan. Vooral mogen wij ons hierdoor niet laten weerhouden om met veel geduld en trouw ons juist dan te houden aan onze vaste ogenblikken van meditatie. Daarom is het ook niet goed, om de vele slechte ervaringen, die wij bij de meditatie met onszelf opdoen, al te ernstig te nemen. Langs een vrome omweg zou hier onze oude ijdelheid en onze ongeoorloofde eis tegenover God kunnen binnensluipen, alsof we ook maar enig recht hebben op alleen maar sterkende en gelukkigmakende ervaringen, en alsof wij te goed zouden zijn voor de ervaring van onze innerlijke armoede. Met zo’n houding komen we niet verder. Met ongeduld en zelfverwijt helpen we alleen maar onze zelfgenoegzaamheid en raken we hoe langer hoe meer verstrikt in het net van de gerichtheid op onszelf. Daarvoor is zelfs bij de meditatie even weinig tijd als overal elders in het christelijk leven. Wij moeten alleen letten op het Woord en alles overlaten aan de werking daarvan. Kan het ook soms niet zijn, dat God zelf ons de momenten van leegte en dorheid zendt, opdat wij weer alles van zijn Woord zullen verwachten? ‘Zoek God, en geen blijdschap’ – dat is de grondregel van elke meditatie. Zoekt u God alleen, dan zult u blijdschap ontvangen – dat is de belofte van elke meditatie.
0 Reacties
Laat een antwoord achter. |
AuteurJosé Pype, Griet De Rycker, Sicco Claus, Linda van der Zwaan, Hilde Vrancken, Karel Rymen en Geert Van Malderen zochten de teksten. Archieven
Januari 2021
Categorieën |